Je kent dat wel. Je hebt een leuk idee, vind je zelf. Tot de reakties komen. ‘Zou je dat wel doen?’
Vroeger liet ik me ontmoedigen. Vooral door mijn ouders. Hun angst. Angst om anders te zijn. Er niet bij te horen. Angst om de nek uit te steken en angst voor financiële onzekerheid. Angst. Doen hoe het hoort, want anders…. Ja. Anders wat?
Clichés worden clichés omdat ze zo waar zijn dat ze als gegeven kunnen worden gesteld. Angst is een slechte raadgever. Je kent ‘m wel.
Want wat ik in de korte tijd dat ik dit leven leef al wel geleerd heb is dat alles wat in een flow gebeurt lukt. Het was voor mij al zo lang als ik me herinner geen optie om niet te zingen. Zingen moest en moet. Ik word gelukkig als ik zing en met muziek bezig ben. Ik word ongelofelijk gelukkig als ik in mijn zangpraktijk weer wonderen zie gebeuren. Zingen en muziek IS mijn flow. Geen wonder dat ik een goedlopende zangpraktijk heb.
Ik ben wel altijd aan het zoeken geweest naar ‘iets erbij’. Ik wist niet zo goed wat ‘iets’ was, dus ik ben maar ergens begonnen. Opleiding hier, opleiding daar. In de afgelopen vijf jaar heeft dat vooral te maken gehad met spirituele zaken en opleidingen en NLP. Al die zijpaden leidden altijd naar mijn zangpraktijk. Daar was en is mijn flow. Ik merk aan de stroom klanten dat in mijn Klankverwennerij ook flow zit. Ik voel het ook.
NLP wordt ook in het zakenleven uitgebreid ingezet. Ik ben nu aangekomen bij het fenomeen ‘modelleren’. Laat ik voorop stellen dat het zakenleven mij niet trekt. Targets, hoge bedragen, risico’s. Het zegt me niks en ik heb ook de associatie dat mensen en gevoel er in die wereld niet toe doen. Geld wel. Leuk om daar nog wat zelfonderzoek op los te laten.
Ik ben voor alles een gevoelig, artistiek mens. Maar dat modelleren deed ik al heel lang. Ik luisterde naar zangers en zangeressen die ik tof vond en ik ging imiteren. Wat gebeurt er, hoe werkt dat en hoe klinkt het. Wat vind ik mooi en hoe wil ik klinken? En terug: als ik zo klink als…; hoe voelt dat dan in mijn lichaam? En later: hoe kan ik dit vertalen zodat mijn leerlingen het ook gaan snappen. Bij modelleren ga je kijken en luisteren naar iemand die wat jij zou willen al doet, heeft, is. Je hoeft het wiel niet uit te vinden, je hoeft het alleen maar zo aan te passen dat het wiel bij jou gaat passen. Maar een wiel is een wiel.
Ik realiseerde me deze week – eind augustus 2019 – dat ik de angststem kwijt ben. Pas geleden zag ik een toffe aktie op internet: een stichting had fruitbomen opgekocht, omdat ze anders in de shredder zouden verdwijnen. Ik heb samen met wat andere wens-boomouders een stel bomen gekocht en ik heb ze in de tuin gezet. Ik ga er van uit dat we komend jaar of het jaar erna fruit hebben. Zo niet, dan heb ik plezier gehad met het idee bomen van de shredder te redden. Ik zie alleen maar winst. Ik heb een paprikaklokhuisje in een potje aarde gedaan. Nu groeien er paprikaplantjes. Best veel. Ik zie wel waar het heen gaat. Mijn kinderen geven de plantjes water en ze zien dat uit zo’n klokhuisje paprikaplantjes groeien. Ik zie alleen maar winst.
Niet iedereen kijkt zo. Want de
fruitbomen zijn in het verkeerde seizoen hier gekomen. Er is wat
twijfel over de juiste plek qua zon en de juiste afstand van elkaar.
Ze hebben in de koeling gestaan, waardoor hun beleving van de
seizoenen niet meer klopt. De paprikaplanten hadden in het voorjaar
geplant moeten worden, want ze hebben meer warmte nodig dan er de
komende tijd is. Ze worden groot. Dus dat past vast nooit op de
vensterbank.
Kijk. Mij maakt het allemaal niet uit. Ik begin.
Net zoals ik ‘even’ auditie ging doen bij het toenmalig Brabants
Conservatorium, met als gevolg mijn huidige goedlopende praktijk. Is
er flow, kan ik mijn energie die kant op houden, dan komt er fruit.
Letterlijk en figuurlijk. Waar vroeger al mijn planten dood gingen,
omdat ik ook de overtuiging had dat bij mij planten dood gingen, heb
ik inmiddels de overtuiging dat ALLES wat ik doe, omdat ik het WIL,
lukt. De planten die ik heb ontploffen van groenigheid en ook planten
die niet bloeien, krijgen bij mij bloemetjes.
Mijn vraag
wanneer ik ergens mee start is nooit of het gaat lukken, maar of ik
de gevolgen van het succes van wat ik doe kan combineren met alles
wat nu al aan het lukken is. Soms ben ik overenthousiast en dan begin
ik aan teveel. Waardoor er gelukkig ook dingen geen fruit krijgen.
Aan het gegeven dat er maar 24 uur in een dag zitten kan
zelfs ik niks doen.