Zo, dat is alweer even geleden! Wat een rollercoaster zijn de afgelopen maanden geweest! Vandaag was ook zo’n heerlijk typerende dag voor hoe ik tegenwoordig bezig ben: om 5.45 ging de wekker, zodat ik om 7.00 mijn dienst op de PG-afdeling kon starten. Die was om 15.00 klaar.
Om 15.30 was ik thuis om me snel om te kleden en een kop koffie te drinken en om 16.00 was mijn eerste zangleerlinge aan de beurt. Het is nu 21.50 en mijn werkdag is ten einde.
Het lijkt veel en ik geef grif toe dat dit soort dagen niet regulier moeten worden. Maar met wat vrije dagen in het vooruitzicht, krijg ik hier toch echt een bak energie van.
Muziek is en blijft mijn benzine in dit leven. In alle mogelijke vormen, van het bijwonen van mijn dochters trompetles en zien hoe haar docent haar inspireert, tot het zelf vocaal knallen met de concerten die er weer aan zitten te komen, tot het les geven en andere mensen zien groeien voorbij wat ze zelf mogelijk achtten.
Als ik dan in alle vroegte de afdeling waar ik met dementerende ouderen werk op loop, waar de dag precies nog niet is begonnen, prijs ik me ook gelukkig. Ik ben bijna op de helft van mijn tijd op deze afdeling en ik heb mijn draai gevonden. We zijn chronisch onderbezet, maar dat is gewoon hoe het is. Ik ken de mensen die er wonen inmiddels goed. Ik ken de familieleden die op bezoek komen goed en ik kan al mijn zorg op heel veel verschillende manieren kwijt. Van het vertroetelen van bewoners met iets lekkers, een aai over de bol, of een kusje op een hand, tot het voorlezen van heerlijke verhalen van Godfried Bomans om rust te brengen.
Ik heb prachtige waardevolle gesprekken met familieleden die het zwaar voor de kiezen krijgen. Want een dementerende partner is geen enkele garantie op een fijne plek in een verzorgingstehuis. De wachtlijsten zijn enorm en de voorwaarden om zo’n plek te mogen innemen zijn heel anders dan een aantal jaar geleden. Dat levert schrijnende situaties op.
Een luisterend oor is dan het minste. Dat was onlangs wat ik van een partner terug kreeg: iedereen staat klaar met adviezen, hoe ik het moet doen, wat ik moet doen. Maar niemand snapt het. Ik hoef geen adviezen, ik wil gewoon dat mensen luisteren.
Hans Stolp schrijft het regelmatig in zijn boeken. Luisteren is goud waard. Zonder oordeel, zonder de drang om te antwoorden of je eigen visie op zaken te geven. Alleen maar luisteren en een tissue, een kop thee, of een knuffel geven. Of alle drie.
Op dit moment komt alles in mijn leven samen. Muziek, zorg, coaching en traumabegeleiding. Mijn doel blijft om de palliatieve zorg in te gaan, zodat ik mensen en hun familie/geliefden kan begeleiden naar een mooi eind. Ik vind het wonderlijk dat een geboorte zoveel aandacht krijgt, zo’n grote gebeurtenis is die van daken geschreeuwd wordt. Waar sterven toch minstens zo groot is. Het is een heel proces, wat als je het bewust beleeft en accepteert wat je voelt en beleeft, prachtig is. En ja, het is verdrietig iemand te moeten verliezen die je niet kwijt wilt. Maar iets zo onvermijdelijks verdient aandacht.
Ik prijs me gelukkig dat ik een opleiding kado krijg in ruil voor het opdoen van een bak aan werkervaring. Op de te drukke dagen zie ik mijn einddoel nog steeds duidelijk. Ik werk met collega’s die me ondersteunen en er is altijd iemand om mijn vele vragen te beantwoorden en met me mee te denken. Ik ben echt zo’n bofkont!!